Door op 3 april 2013

Uitstel voor dorpshuizen en sportaccommodaties

Gisteren stond het accommodatiebeleid op de agenda van de werksessie. Van te voren was er al veel gedoe. Agendering was in strijd met de toezegging van wethouder Verkroost om de toekomst van dorpshuizen, ander vastgoed in samenhang te bespreken met het gewenste voorzieningenniveau per kern.

Verder waren dorpsraden, beheerders en sportraad niet gekend in de concept-visie. En dat terwijl de inkt van de nota participatiebeleid nog niet droog is, waarin toch duidelijk staat dat we onze partners betrekken bij het maken van beleid.

Een nota van dezelfde wethouder de Groene die dit accommodatiebeleid voorstelt!

Het presidium heeft op ons verzoek om uitstel besloten om de visie ter informatie op de agenda te laten staan. Na de presentatie trachtte wethouder de Groene direct om dit agendapunt alsnog naar een bespreekpunt om te zetten en zo de besluitvorming nog te forceren voor de raadsvergadering van april.

Het bevestigde mijn vermoeden dat hij helemaal niet uit was op inspraak en op samenhang met het voorzieningenniveau. Daarop voelde ik me genoodzaakt om te pleiten voor uitstel. Gelukkig kregen we daarin een meerderheid van de werksessie mee. Ik vond het wel vervelend voor alle beheerders en leden van dorpsraden, die speciaal voor de bespreking naar de raadszaal in Loenen waren gekomen.

Uitstel is echter geen afstel. Linksom of rechtsom willen we nu bereiken dat het traject na deze valse start goed wordt ingezet. Dat wil zeggen: samen met dorpsraden, sportraad en beheerders van dorpshuizen een integrale afweging maken. Wat deze wethouder zou moeten doen is samen met inwoners en raad werken aan het op peil brengen/houden van het voorzieningenniveau in onze dorpen. Schouder aan schouder.

Dat het efficiënter en goedkoper moet, zal niemand ontkennen. Ik ben er echter zeker van dat het eindresultaat beter wordt, als we deze visie op accommodatiebeleid voorlopig in een la stoppen en met elkaar in gesprek gaan over wat we echt willen: binnen financiële kaders werken aan leefbaarheid van onze dorpen.

Laten we niet afbreken wat met veel moeite in onze gemeenschappen is opgebouwd.